Een luchtband is een (meestal van rubber gemaakte) opblaasbare omhulling van de velg van een wiel en al of niet voorzien van een ventiel.
De luchtband werd aanvankelijk in 1841 uitgevonden door de Schot Robert William Thomson en toegepast op de fiets. Deze Thomson liet zijn patent echter verlopen waarna John Dunlopdit opnieuw kon vastleggen in 1888.
In tegenstelling tot vloeistoffen, die weinig samendrukbaar zijn, kunnen gassen wel worden samengeperst. Het volume van het gas wordt door samenpersing kleiner en bijgevolg wordt dedruk groter. Doordat lucht in een luchtband sterk wordt samengeperst, wordt de druk erg groot. Dit zorgt voor de benodigde stevigheid. Ook zorgt de druk in de band voor enige vering wat het rijcomfort enigszins verbetert.
De spanning van de lucht in een band draagt 90% van de last die erop rust. De band zelf draagt de rest. Bij de binnenbandloze band (tubeless) wordt door de bandenspanning tevens dehiel van de band stevig tegen de binnenrand van de velg gedrukt. Het ventiel zit bij dit soort banden in de velg gemonteerd.
Er zijn binnenbanden die voorzien zijn van compartimenten, waardoor bij een lek niet de gehele band leegloopt. Er zijn ook buitenbanden die zijn voorzien van een speciale constructie zodat er bij lekkage nog enige tijd op kan worden gereden (zogenaamde runflat tires).
Er zijn diverse soorten luchtbanden
- Buitenbanden met of zonder binnenband
- Binnenbanden